Ingevingen, gedachten en andere wetenswaardigheden.
In de loop der jaren zijn er feiten en zaken die men steeds tegenkomt maar door ervaring en inzicht regelmatig in een ander daglicht komen te staan. Hierover ga ik in deze rubriek regelmatig schrijven.
Het zijn mijn persoonlijke meningen en zienswijzen waar iedereen het niet mee eens kan of hoeft te zijn! Het is juist heel vruchtbaar, boeiend en verrijkend om verschillende meningen en zienswijzen met elkaar te vergelijken. Dit was de eerste ingeving en gedachte.
Er komt nog meer!
Als oorartsen zich eens de tijd namen om goed te luisteren..... dan had ik nu misschien weer een beter gehoor!!! 😠😠😠.
Voor de Dwarsfluit zijn er zéér vele noten geschreven, maar helaas héél weinig muziek !!!
Kijk Uit !!!
Al heeft u het grootste gelijk van de wereld: de wereld ziet dat niet graag.....
!!!
Groetjes, Willem Tonnaer.
Het Fluitregister.
In de laatste
decennia heeft er een grote ontwikkeling plaatsgevonden in het uitbreiden van de dwarsfluitfamilie, vooral in de uitbreiding naar de laagte. Door deze ontwikkelingen is er onduidelijkheid ontstaan in de benaming van de diverse dwarsfluitinstrumenten.
Als u weet dat onder andere in Engeland en Frankrijk de benaming voor de altfluit nog altijd "basfluit" is, omdat dit instrument vroeger de laagste gangbare fluit was en dat in Italië de benaming voor de altfluit nog altijd Flauto Contr'alto
is, terwijl dit bij ons het instrument is dat een kwart lager ligt dan de basfluit, die eigenlijk een tenor is, dan zou het logischer zijn om de indeling te volgen zoals die bij de blokfluitfamilie gebruikelijk is.
Die indeling is als volgt : Sopranino, sopraan, alt, tenor, bas en contrabas.
Bij de dwarsfluitfamilie ziet het
resultaat er dan zo uit :
Sopranino : piccolo in Es, Des en C
Sopraan : de dwarsfluit in Es, C en in A (flûte d'amour)
Alt : de altfluit in G
Tenor : de "basfluit" in C
Contr'alto : de fluit die een octaaf lager dan de altfluit ligt
Bas : de fluit die een octaaf onder de tenor ligt
Contrabas in C : de fluit die een octaaf onder de basfluit ligt.
Contrabas in G : de fluit die een kwart onder de Contrabas ligt
Subcontrabas : de fluit die een octaaf
onder de contrabasfluit ligt, enz.
De kracht van het geluid.
De
Oerknal is het begin van de schepping.
Van welke Belgische koning stamt de volgende uitspraak:
" La musique c' est un bruit qui coûte cher "
(Muziek is een lawaai dat heel veel geld kost)?
Het staat in de bijbel:
Koning Nabuccodonosor gaf zijn muzikanten opdracht
drie dagen en nachten lang te spelen, totdat de krijgsgevangenen dood waren.
Salomé verloor haar zeven sluiers tijdens het
dansen op sensuele muziek en Johannes de Doper zijn hoofd.
Om Jericho in te nemen trokken de Joden zeven maal met
bazuingeschal om de stadsmuren heen, waarna deze geslecht waren.
Uitspraak:
Muziek verzacht de zeden.....
Gelezen in de krant:
De vermeende terroristen werden opgesloten in isoleercellen en dagenlang blootgesteld aan muziek met een zodanig hoog aantal decibellen dat ze tot waanzin gedreven werden en hier niet meer van herstelden.
In Thorn - en niet alleen in Thorn - kon een blaasinstrument eensklaps omgetoverd worden tot een slaginstrument.......
Franz Liszt, de magische pianist en componist van o.a. Liebesträume, bracht zijn vrouwelijk publiek met zijn
pianospel zodanig in vervoering dat de dames in onmacht vielen.....
Magisch piccolospel!
Bij het horen van de eerste tonen op de piccolo van Willem Tonnaer, gezeten in de lente bij de beek aan het wandellaantje van Thorn, renden alle kippen in paniek terug het hok in en stond de haan er eenzaam en verloren bij
te kraaien!!!
Diapason.
In de laatste honderd jaren
is de officiële diapason, de a1, de toon waar op afgestemd wordt, steeds hoger geworden. Officieel is die nu 440 Hz. Rond de jaren1720 was dat ongeveer tussen 410Hz. en 425Hz. al naar gelang de regio waar men zich bevond. Heden ten dage
is er de neiging om nog hoger te gaan en is 444Hz. al normaal. Voor veel instrumenten is dat geen ramp, men kan ze immers steeds hoger bouwen. Voor het gehoor ligt dat anders. Een lagere stemming is evenwichtiger dan een te hoge. Hoe hoger de stemming, hoe
schriller de dissonanten. De negende symfonie van L. van Beethoven is nu al voor de zangstemmen veel te hoog geworden door de stijgende diapason en komen voor ons gehoor op veel plaatsen geforceerd over. Men zou deze symfonie dus A=435 moeten uitvoeren! Ook
de warme klankkleuren verliezen hun charme. Daar komt nog bij dat de instrumenten steeds scheller van klank worden om te kunnen domineren, steeds minder ondertonen meekrijgen zodat concertvleugels bijvoorbeeld steeds meer op een xylofoon-met-toetsenbord
gaan lijken, waarmee ik niets ten nadele van een xylofoon wil zeggen. Het is als met zo heel veel zaken in onze westerse cultuur: het gevoelige, het expressieve moet wijken voor een rationele denkwijze en ordening.
De Fluittoon.
Door de eeuwen heen is de opvatting
van een goede fluittoon steeds aan verandering onderhevig geweest. Er waren periodes waarin de fluit deel uitmaakte van een consortium (een “fluitfamilie”) en de toon meer een algemeen karakter droeg. Dit was de renaissance-fluit, zij was cilyndrisch.
Later, in de baroktijd, ging de dwarsfluit steeds meer als solo-instrument gebruikt worden en werd ze omgekeerd-conisch gebouwd om een boventoonrijkere klank te verkrijgen en tevens de onderlinge stemming te verbeteren. Dit was de éénkleppige
barok-traverso.